Collectief Onderbewuste |
vrijdag 13 januari 2006 09:06 |
RattenHarvard psycholoog William McDougall (1927) heeft een reeks experimenten uitgevoerd, vanaf 1920, om te studeren hoe ratten zich gedroegen in een labyrint. Elke generatie scheen het labyrint sneller onder de knie te krijgen dan de vorige generatie. Tot uiteindelijk, na twee en twintig generaties, de ratten het labyrint tien keer zo snel leerden kennen dan de allereerste generatie. Bovendien konden ratten, die geen nageslacht van de getrainde ratten waren, bezaten deze nieuwe kennis om labyrinten te leren. Met andere woorden, het had er alle schijn van dat op de een of andere wijze de informatie overgedragen was, overigens zonder dat deze ratten ooit contact hebben gehad. FruitvliegjesEen schots onderzoeker F.A.E. Crew (1930) wilde McDougall's onderzoeksresultaten te niet doen. Crew's ratten zetten het onderzoek voort waar McDougall's ratten stopten. Ondanks dat er een compleet nieuwe populatie ratten werd ingezet, leken deze de kennis over labyrinten ook te hebben. Een Australische onderzoeker W. E. Agar (1938) voerde een soortgelijk reeks experimenten uit gedurende vijf en twintig jaar met identieke resultaten. In een andere reeks onderzoeken met fruitvliegjes, rapporteerde een Engelse bioloog Mae Wan Ho (1983), dat genetische mutaties in één populatie werden doorgegeven in een volledige andere ongerelateerde populatie. ApenAls de M-veld (morphic fields) theorie correct is, dan is de menselijke ontwikkeling van meer zaken afhankelijk dan we tot dusver geloofden. Als nieuwe gedachtes en gedragingen op een manier gewoon(te) worden bij voldoende mensen, dan wordt het in toenemende mate makkelijker voor andere mensen om aan te haken op deze 'informatie'. Bioloog Lyall Watson (1979), introduceerde de term 'honderdste aapje' om het effect te beschrijven van de kritieke massa voordat informatie overgedragen kan worden. Terwijl hij in de vijftiger jaren Japanse apen bestudeerde, observeerde hij dat als er voldoende apen een nieuwe vaardigheid leerden, dat het snel beschikbaar kwam in het repertoire van alle apen in de kolonie. Opmerkelijker echter was dat de nieuwe vaardigheid tegelijk onderdeel werd van het repertoire van andere apen die op een ander eiland leefden. CollectiefWatson geloofde dat dit proefondervindelijk bewijs in de richting van een 'groeps bewustzijn' wees, soortgelijk aan de theorie van Carl Jung over het 'collectief onbewuste'. De M-veld theorie van Sheldrake heeft verhitte discussie opgeleverd in de wetenschapswereld. Nature, het meest vooraanstaande Engelse wetenschapsblad, vervloekte Sheldrake's werk, en noemden het 'kandidaat voor verbranding'. ReïncarnatieDrie bekende mechanismes en een minder bekende zijn voorgesteld om de feiten te verklaren van de onderzoeken waarin dieren hun gedrag veranderen om te overleven:
Het overerven van verworven gewoontes kan de groeiende capaciteit om te leren van de controlegroepen, niet verklaren omdat deze geen getrainde voorouders hebben. De selectie theorie is niet toepasbaar door de kunstmatige groepselecties. Het feit dat groepen ratten simultaan niet sneller leerden, spreekt ook de M-veld theorie, zoals voorgesteld door Rupert Sheldrake, tegen. Vooralsnog kan de enige redelijke verklaring de reïncarnatie theorie zijn zoals gesteld door McDougall's. (Of zoals elke Boeddhist aanhangt...) WaterrimpelPersoonlijk kom ik na het lezen van al deze artikelen tot een vermening van de M-veld theorie en de Reïncarnatie. Aangezien er een tijdsvertraging optreed in het leerproces zoals een rimpel op het water eerst de wal moet raken alvorens het terug komt. De reïncarnatie is het terugkomen van de rimpel; daarbij komt het effect dat het water bewogen wordt en naarmate het vaker voorkomt steeds rimpeliger wordt. Deze beweging, omschreven in de beeldspraak van het water, werkt volgens mijn intuïtieve mening ook in het leerproces van de natuur door Het is dus mogelijk om dit gemeenschappelijke veld te ervaren. Ik spreek hier uit ervaring als helderziende. De synchroniciteit is niet een toeval, het is iets waar men meer of minder ontvankelijk voor is. Het zien, het voelen, het waarnemen is het in contact zijn met deze energie, het veld, het leven. Het afstemmen op dit veld kan alleen door af te stemmen op jezelf omdat hier de rimpel terugkomt. TijdLet wel, ik gebruik de beeldspraak van waterrimpels, maar zegt niets over de richting en de snelheid. Afhankelijk van jouw eigen afstemming en ontvankelijkheid ben je in staat deze waar te nemen. Jouw waarneming is niet de mijne, of die van een ander. Nog het begrip tijd nog afstand of lokatie is in deze rimpelbewegingen aanwezig. Waarnemingen van rimpels geschieden soms zelfs alvorens ze veroorzaakt worden... Dit ondergraaft de eerder genoemde theoriën. De relativiteitstheorie van Einstein maakt het relatieve begrip tijd los van de eenheid waarin we menen deze te omschrijven. De tijd is relatief ten opzichte van de waarnemer. Als medium maak je verbinding met een andere tijdslijn door het eigen perspectief los te laten. Hierdoor wordt het mogelijk om verleden tijd en toekomst waar te nemen. Door de relativiteit is de waarneming mogelijk voordat het door een ander is waargenomen. Neem hierbij de waarschijnlijkheidsprincipes en er ontstaat een geheel van mogelijkheden die alle westerse realiteit te boven lijkt te gaan, echter onderschreven door de nieuwste wetenschappen. De teksten over bewustzijn zijn later geschreven en nemen een filosofische invalshoek waarbij de bovengenoemde conclusies passen, maar net iets anders benoemd worden. Hierin wordt het eenheidsbewustzijn benoemd. |